Bezit, herstel en eerste restauratie van de Antonius Abt kerk Terheijden

Met het einde van de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) werd het aan de katholieken verboden om hun erediensten te houden. Zelfs hun kerk (de Antonius-Abt kerk) werd hen afgenomen en die kwam in het bezit van de protestanten. De katholieke gemeenschap nam noodgedwongen hun intrek voor hun diensten, die oogluikend werden toegestaan, in zogenaamde schuurkerken. Pas met de Franse veldtocht (1792-1795) en de daarop volgende heerschappij door de Bataafse Republiek (1795–1806) kwam hier een einde aan en in 1801 kwam de Antonius Abt kerk weer in handen van de grootste geloofsgemeenschap, die van de katholieken. *1) Na de Franse veldtocht en de daarop volgende bezetting was voor het kerkgebouw en de katholieke geloofsgemeenschap een roerige tijd weggelegd. Door de Fransen werd het gebouw onder andere gebruikt als hospitaal om de ruim achthonderd gewonde soldaten te verzorgen, het werd ingericht als magazijn en gebruikt als paardenstal. De leuze van de Franse revolutie: Vrijheid, gelijkheid en broederschap (liberté, égalité, fraternité) kwam met de Franse soldaten ons land binnen en betekende niet alleen vrijheid van godsdienst, maar ook politieke veranderingen waaronder zelfs verkiezingen voor een gemeenteraad waarvoor de kerk werd ingericht als stembureau.

Na de Bataafse Republiek zette in 1813 koning Willem I (de eerste ‘echte’ koning) voet op bodem van de voormalige Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden, die samen toen nog één koninkrijk vormden. In 1830 kwamen de zuidelijke provincies in opstand tegen koning Willem I. Gedurende die opstand werd ook Terheijden en haar kerk wederom het toneel van oorlogshandelingen. De nog stompe kerktoren werd gebruikt als uitkijkpost en om berichten door te seinen met een optische telegraaf. Zes gevlochten schijven konden drieënzestig tekens (codeberichten) maken. Verder werd de toren gebruikt als gevangenis en de Kleine Schans werd weer bemand tegen een mogelijke aanval vanuit het zuiden. Deze opstand, de Belgische Revolutie (1830-1839), leidde na afloop tot het zelfstandige en onafhankelijke België. Nog voor de Belgische opstand werd vanaf 1829 al het begraven in de kerk verboden vanwege onhygiënische toestanden en onaangename geuren (aangezien begraven in de kerk tot die tijd alleen werd gegund aan welgestelden werden die ook wel ‘rijke stinkers’ genoemd). Voorts werd de kerk meer ingericht in overeenstemming met de katholieke geloofsbelijdenis zoals de komst van een nieuwe preekstoel en een communiebank. Het was Thomas van Raak, pastoor in de parochie Terheijden, die meer richting gaf aan het herstel en herinrichting van de kerk zoals met twee schilderijen (één daarvan is verloren gegaan bij een brand en de ander hangt nog steeds in de kerk) van de hand en een geschenk door de in Terheijden geboren kunstschilder Petrus van Schendel. Voorts werd de vloer hersteld en daarbij werden de eeuwenoude grafstenen op twee na verwijderd, de muren opgeknapt, de muren opgeknapt, kwamen er twee nieuwe biechtstoelen, een orgel, een nieuwe kruisweg en een schilderij waarop de Heilige Familie.

Na het overlijden van pastoor Van Raak werd deze opgevolgd door pastoor Antonius Smits (1875-1886) die het initiatief nam tot een grote restauratie (1876-1879) van het kerkgebouw onder leiding van de Nederlandse architect Pierre Cuypers (1827-1921). *2) Het geld wat nodig was voor deze restauratie werd opgebracht door de pastoor zelf, collectes onder de bevolking, giften, schenkingen in de vorm van een gebrandschilderd raam, bijdragen uit de gemeentekas. De landelijke overheid gaf geen subsidie als reden, dat ‘de kerk niet te rangschikken was als monument van geschiedenis en kunst van den eersten rang’.Na deze grote restauratie sloeg het noodlot meerdere keren toe. Zo moest het dak hersteld worden, dat de gemeenschap in 1920 negenduizend guldens kostte en een jaar later moest vierduizend guldens worden neergeteld als gevolg van een stormschade. Tijdens herstelwerk in 1922 (donderdag 26 oktober) ontstond brand. Doordat de overeind gebleven eeuwenoude muren sterk genoeg bleken, werd het gebouw hersteld onder leiding van de architecten Oomen en Jos Cuypers (1861-1949 en zoon van eerder genoemde architect Pierre Cuypers). Met het herstel als gevolg van de brand in 1922 werd de toren minder hoog, de houten opbouw ging eraf en er kwamen maar vier dakkapellen in de spits van 63 meter. Verder werd nieuw meubilair geleverd door atelier Cuypers uit Roermond. Ornamenten en randen werden verzorgd door decoratieschilders. Zoals op de triomfbogen, nodig om het kruisgewelf te bouwen, kwam een drie meter hoge Christusfiguur aan de hand van een vijftig jaar oude schets. *3) Op 9 oktober 1923 was de kerk volledig hersteld en volgt de inwijding van het altaar en de klokken door Petrus Hopmans, bisschop van Breda. In 1925 komt, Mr. A.E.J. baron Van Voorst tot Voorst, Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant, op werkbezoek en in zijn verslag schrijft hij het volgende:

“De groote parochiekerk, in der tijd door den ouden Cuypers gerestaureerd, brandde voor drie jaar door blikseminslag af; alleen de muren bleven staan. Voor 2 ton verzekerd. Door den jongen Cuypers prachtig weer opgebouwd, gepolychromeerd enz. Ook bij deze kerk wordt de electriciteit toegepast; de klokken worden electrisch geluid; automatisch wordt ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds, zoodra de klok slaat, de Angelus geluid”. 4)

Voetnoten:
*1) De in Rijsbergen geboren Jacobus Theodorus Roels was ten tijde van die overdracht pastoor voor de parochie Terheijden (H. Anthonius Abt) vanaf 14 maart 1786. Hij studeerde vanaf 1747 te Leuven, werd in 1779 tot priester gewijd en overleed op 10 oktober 1808.
*2) Tijdens deze restauratie werd het kerkgebouw voorzien van nieuwe daken, de nog stompe toren werd voorzien van een houten verhoging met vier wijzerplaten en een spits met twaalf dakkapellen. Verder kwam er een vernieuwde ingang in de toren met een spitsboogvenster en de sacristie kreeg haar huidige vorm. Voorts werden er stenen kruisgewelven in het priesterkoor en de transepten aangebracht. Aan het eind van het middenschip kwam een triomfboog, een opgeknapt houten tongewelf, in het noordertransept kwam een neogotisch portaal (dat sinds 2018 weer in gebruik is) en in het priesterkoor kwamen nieuwe glas- in- loodramen. Na de restauratie werden in 1891 de muren beschilderd naar tekeningen van de architect.
*3) Joan Colette (1889-1958) maakte ook de afbeeldingen van St. Cecilia en St. Gregorius op de muren naast het oksaal. Later werd door hem beschilderd de doopkapel / Antonius kapel en een kruisweg. Voorts kwamen er muurschilderingen achter de bij-altaren van Maria en Antonius Abt, werd het onderste deel van de wanden betegeld, de glas- in loodramen werden vernieuwd, een nieuw oksaal, het Vermeulenorgel en tenslotte drie nieuwe kerkklokken. *4) De Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant spreekt over de oorzaak van de brand ‘blikseminslag’. Archiefonderzoek door Leon Krijnen, destijds verslaggever bij BN/DeStem, luidde anders en wel ‘Op de fatale donderdag aan het eind van de middag was het nodige lood gegoten, toen een meisje, in één artikel ‘Anneke van Gils’ genoemd, vanaf de straat rook op zag stijgen, snel gevolgd door vlammen. Ze slaagde erin, luidkeels, om de knecht en eventuele leidekker te waarschuwen, waarna de in de media meest gangbare versie van de gebeurtenissen op gang kwam’.

Foto’s: 1913 Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Amersfoort / Documentnummers 2243 1907 Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Amersfoort Documentnummer 34990 1922 Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Amersfoort Documentnummer 10148 en Regionaal archief Tilburg documentnummer 91880, fotograaf onbekend. 10148 (links) en (rechts) Regionaal archief Tilburg 91880, fotograaf onbekend. Foto archief Vijf Heiligen Parochie 1925 Brabants Historisch Informatie Centrum Mr. A.E.J. baron Van Voorst tot Voorst 1942 privécollectie Johan van der Made.

Bronnen: ‘Begraven in Terheijden’, boekjes 18 en 20 (1983) Heemkundekring De Vlasselt, ‘Begraven in en rond de kerk van de H. Antonius abt te Terheijden’, boekje 86 (1999) Heemkundekring De Vlasselt, ‘Graven spreken in Terheijden’, Jaarboek 35 De Oranjeboom (1982), auteur Johan van der Made, ‘600 jaar kerkgeschiedenis de H. Antonius Abt-kerk Terheijden’, boekje 100 (2002) auteur Johan van der Made, Heemkundekring De Vlasselt, Archiefonderzoek Leon Krijnen, verslaggever BN/DeStem, 13 oktober 2020 en Archiefonderzoek Vijf Heiligen Parochie, door Pierre Gruca.

Beelden bij dit artikel