Iedere dinsdagavond werd er gerepeteerd
in café ‘Harmoniezaal’ en het koor richtte zich op het eerste
optreden met een kerstuitvoering in het patronaatsgebouw (Het latere
dorpshuis De Dreef). Na een generale repetitie was het op 22 december
1957 de beurt aan het koor met: Stille nacht, Komt allen tezamen, U
zijt wellekome, Maria die zoude naar Bethlehem gaan, en andere
kerstliedjes. Een geslaagd optreden in een volle zaal en op de daarop
volgende Eerste Kerstdag werden de ingestudeerde nummers nogmaals
gezongen. Nu tijdens de mis van half acht vroeg in de ochtend. Een
tweede optreden liet niet lang op zich wachten. Samen met de fanfare
uit Zevenbergschen Hoek, de Terheijdense Harmonie en het koor Steluta
werd in april een propaganda-avond gehouden met gratis entree.
Steluta zong de nummers O Wandersman, De Twaalf Rovers en Im Weisse
Rössl. ‘Nog nooit zoiets in Terheijden vertoond,’ riep de
harmonievoorzitter na afloop en de avond werd bekroond met een
lovende recensie in het dagblad De Stem. Inmiddels was het koor, een
jaar na de oprichting, uitgegroeid tot 64 leden met nog steeds een te
kort aan mannenstemmen, speciaal een gebrek aan bassen. Een fenomeen,
dat zich in alle jaren als hardnekkig verschijnsel bleef volharden.
In de vele jaren die volgden, werd bijna traditiegetrouw tegen de
kerstdagen een kerstuitvoering gegeven in het patronaatsgebouw en
tijdens de vroegmis op Eerste Kerstdag. Tijdens deze vroegmis werd in
latere jaren ook deelgenomen door de inmiddels opgerichte koren zoals
het Jongerenkoor – de latere Anthony Singers – en het Dameskoor als
ook het al uit 1750 stammende Herenkoor van de H. Antonius Abtkerk.
De vorderingen die het koor maakte, waren ook het kerkbestuur van
de H. Antonius Abtkerk niet ontgaan. Een kwestie die aan de orde kwam
tijdens de jaarvergadering in 1965 met de vraag zoals aangetroffen in
het notulenboekje: ‘Een regeling te
treffen om op bepaalde zondagen Steluta te laten optreden als
hulpkoor in de kerk. De meerderheid van de vergadering kwam hier
tegen op en wilde zich niet zien als hulpkoor’. Steluta
bleef op de ingeslagen weg, leverde de gebruikelijke bijdragen aan
zowel de RK-kerk als die van de Protestantse Gemeente Terheijden. Of
zoals gemeld in 1975 in het notulenboekje: ‘Geen
menging in kerkmuziek maar bij eventuele ondersteuning gaarne
medewerking.’Ook tijdens Sinterklaasvieringen was
Steluta vele jaren van de partij en werden er aubades gegeven tijdens
huwelijken en andere feestelijkheden zoals het 25-jarig
onderwijzersschap van de dirigent Van Osta alsook tijdens het
afscheid van de toenmalige burgemeester Wilhelmus A.J. van der Meulen
en de inhuldiging van diens opvolger Jonkheer Lodewijk Eduard
Diederik Sebastiaan von Bönninghausen tot Herinckhave. Toen
burgemeester Von Bönninghausen tot Herinckhave zijn twaalf en een
half jarig ambtsjubileum vierde in 1971, hoorde ook het koor Steluta
bij de genodigden die de feestelijkheden met koorzang opsierde. Het
koor was inmiddels uitgegroeid tot het predicaat uitmuntendheid met
een zeer uitgebreid repertoire met buiten de kerkelijke liederen,
operette- en volksliederen en ook waarlijk klassieke nummers. In de
honger naar meer schroomde het koor Steluta niet om in 1980 deel te
nemen aan een workshop tijdens een open dag voor muziekscholen in
Dussen. Het notulenboekje meldt daarover, dat deelname niet alleen
plezierig en leerzaam was, maar ook: ‘Speciaal
voor de dames, daar zij nu geleerd hebben om uitdagend te gaan
staan.’
In 1995 moest dirigent Toon van Osta na 38 onafgebroken jaren en nagenoeg vanaf de oprichting in 1957 leiding te hebben gegeven aan het koor Steluta, zijn werkzaamheden vanwege gezondheidsredenen stoppen. Even dreigde het afscheid van de dirigent Toon van Osta ook tot opheffing en einde van de Gemengde Zangvereniging Steluta, maar de wil om als koor verder te gaan was sterker en men ging op zoek naar een nieuwe dirigent. Dat was zowaar geen sinecure. Een opvolging werd gevonden met dirigente Goedele Scheifes die het koor acht jaar onder haar hoede nam en samen met haar werd het 40- en 45- jarig jubileum gevierd. Aan concoursen werd niet meer deelgenomen. Bekend waren de jaarlijkse uitwisselingen ‘Zomeravond in ’t Merelnest’ met het familiekoor Collegium Musicum Vocale Liesboch. In 2003 werd Goedele opgevolgd door Suzan Wijnbergen-de Feyter die in 2005 het koor zelfs toch nog wist te verleiden tot een lenteconcert. Een jaar later was het Jean-Marie Wouters die tot de opheffing van het koor de leiding op zich nam. Het koor Steluta richtte zich vanaf die tijd meer en meer op gezelligheid – het samen zingen – en een enkel optreden zoals in zorgcentra en bij de zorgboerderij ‘Poolse Dreef’ in Terheijden.