Een
gilde was van oorsprong dat wat men tegenwoordig een
belangenorganisatie zou noemen. Er waren ambachtsgilden die
opleidingen verzorgden, examens afnamen en men zodoende een vak kon
leren. Kerkelijke gilden hadden tot doel om het katholieke geloof te
verspreiden, gerechtigheid te beschermen en inkomsten te verwerven.
Een kloveniersgilde is een broederschap. Het Kloveniersgilde St.
Antonius Abt uit Terheijden is zo’n broederschap. Wanneer
het Kloveniersgilde St. Antonius Abt precies opgericht is, is tot op
de dag van vandaag onbekend. Wel dat gilden en schutters uit Breda en
omgeving, waaronder Terheijden, al voor het uitbreken van de
Tachtigjarige Oorlog (1568 – 1648) meeliepen met de jaarlijkse
omgangen (processies). Vanwege ‘den benaeuden en zorgelyken tyd’
werden vanaf 1574 de processies niet meer gehouden als gevolg van de
oorlog. Na beëindiging van deze oorlog in 1648 werd het belijden van
de rooms-katholieke godsdienst verboden, alsook het houden van
processies. Door de oorlog, het verbod van de katholieke godsdienst
en verschillende branden, wordt door het gilde aangenomen dat delen
van het archief waaronder de ‘gildecaert’ (gildekaart als bewijs van
oprichting), verloren is geraakt. Het Terheijdens gilde concludeert,
dat de oprichting is gelegen voor 1568. Dit wordt onderbouwd door een
ledenlijst uit 1551 en het jaartal 1558 op het vaandel van het gilde.
Het op het vaandel wat in de St. Antonius Abtkerk hangt aangetroffen
jaar, wordt verder als jaar van oprichting gebruikt.
Het
jaar van oprichting wordt betwist door een nog bestaande gildekaart
waarin Prins van Oranje Willem Hendrik (1650 – 1702) op ‘nederig’
verzoek van Terheijden het oprichten van een ‘Broederschap of
Gilde van Cloveniers’ wordt gegund. Het schieten ‘met bussen of
roeren tot luister van heerlijkheid’ in het dorp Terheijden. Deze
gildekaart was gedagtekend de ’12e en 15e maart 1600 zestig’ (later
veranderd in vijftig). Hoewel onderschreven door gebeurtenissen van
1660 tot 1663 volhardt het gilde in het jaar 1558, datum vaandel. Dat
het jaartal 1660 (1650) een andere richting wijst, heeft kennelijk
eerder te maken met het veranderde gezag van na de Tachtigjarige
Oorlog en dat van het katholieke voor deze oorlog. Het
kloveniersgilde heeft deze ‘gildecaert’ uit 1660 (1650) niet in
bezit. Wel een kopie van deze ‘caert’, gemaakt op 2 oktober 1772. De
vieringen van de verschillende jubilea waaronder die in 1850, het
jaartal op de ‘gildecaert’ uit 1660, is om wat voor reden dan ook
veranderd. Kennelijk om deze ouder te laten lijken vanwege het
behalen van een prijs voor de oudste ‘gildecaert’ op een feest van
schuttersgilden. Archiefstukken van het 200-jarig bestaan zijn niet
(meer) in het bezit van het gilde. Wel een zilveren medaille ter
gelegenheid van dit jubileum aangeboden aan de in Terheijden wonende
L.O. Enschedé.
Dan vergadert het gilde op 26 januari 1908 en
vraagt de hoofdman en gildebroeder J. Kwaaitaal of een ieder ermee
instemt om bij gelegenheid van het 350-jarig bestaan een concours te
organiseren. Iedereen gaat akkoord en om aan alle twijfel over het
jaar van oprichting een einde te maken, wordt 1558 als op het
vaandel, als definitief beschouwd.
(Foto uit 1928 ter
gelegenheid van het 360-jarig bestaan met op de eerste rij (zittend)
van links naar rechts: Thijs Rovers, Schalk Dijkers, Adam Schets, Jan
Schets, Toon van Gils, Merijn Rovers en Jan Luijten. Op de middelste
rij staand van links naar rechts Merijn Rovers, Jan van Meel, Peet
Dudok, Toon Rasenberg, Piet van Meel, Peet Schets en Hein Visker. Op
de achterste rij staand van links naar rechts: Willem van Meel, Frans
Damen, Gerrit Schets, Adam Schets (Jr.), Merijn Damen, Jan van Dijk,
Thijs van Oosterhout en Frans Krijnen)
Bronnen:
Archief
Kloveniersgilde
St. Antonius Abt, waar onder auteur
deken-schrijver Harrie Bruijns.
BN/De/Stem, auteur Jan van
Vliet.
Foto’s / afbeeldingen: archief Kloveniersgilde St.
Antonius Abt.